14 oktober 2016

Een gedichtje

Geschreven door Pieter Korbee

Hakim ik weet niks

 

Op weg van het NS-station in Utrecht naar het Landelijk Bureau van de Remonstranten loopt een man mij tegen het lijf. Ik zeg het zo, omdat hij contact zoekt en niet ik. Ik loop rustig, heb de tijd. Als je op deze manier door de stad loopt word je makkelijk aangeschoten door mensen die om geld vragen. Tegenwoordig heb ik wel iets op zak, een paar losse euro’s voor het geval dat. Aan de kleren kun je zien of deze man of vrouw die euro beter kan gebruiken dan ik zelf, al was het maar om hasj te kopen. Vroeger was ik strenger. Maar sinds één van mijn familieleden net zo gekleed is als deze mensen en ik rondloop met de gedachte, wat moet er van hem worden, heb ik vaak wat los geld in mijn zak. Niet altijd.

Nu word ik aangeschoten door Hakim. Zou hij zo heten? Hij laat me een bundeltje A-4tjes zien, bijeengehouden door een roze strikje door twee ponsgaatjes. Elf blaadjes in totaal. Voor zover ik kan zien is dit het enig exemplaar. Het is al een beetje verfomfaaid. Ik blader er doorheen. Gedichtjes. Zouden ze werkelijk van hem zijn? Ik kom niet tot lezen toe, want zoveel tijd heb ik ook weer niet. Het kost 5 euro. Dit is meer dan gebruikelijk. Ik moet naar mijn portemonnee tasten. Maar ik krijg nu iets terug.

Op het Bureau vertel ik iemand van de ontmoeting. ‘Nee, daaraan begin ik niet meer’, is de reactie. Dit zou ik vroeger ook gezegd hebben. Daarna vergeet ik het voorval. De A-4tjes zitten in mijn rugzakje samen met andere zaken die ik nog niet geordend heb. Zulke dingen moeten vooral in de rugzak blijven want anders raak ik ze kwijt. Na een paar weken neem ik de inhoud door. Daar komen ze weer. De gedichtjes. Ze ontroeren me. Ik zie nu dat ze echt van dezelfde schrijver afkomstig zijn. Hij noemt zich: ‘Hakim ik weet niets’, of soms ook in het Engels: ‘I am Hakim and I know nothing’. Op het voorblad staat zijn portret, op het achterblad een stukje uit een Utrechts nieuwsblad. Het is geschreven door een columnist. Ook hij heeft Hakim ontmoet. Hakim duwde hem een papiertje in handen. Er stond één gedicht op. Eerst moest hij het van Hakim lezen. Toen hij opkeek zag hij dat de ogen van Hakim zich met tranen hadden gevuld. Hakim stak hem een hand toe. De columnist legde er een euro in en hij mocht het gedicht houden.

Zou ik Hakim ooit weer tegenkomen? In ieder geval kan ik een gedichtje van hem doorgeven. Het Nederlands is niet perfect. Maar wat doet dit ertoe?

Pieter Korbee

21-April

Ik ben Hakim en weet niks.

Tranen van Verdriet,

Voor jou, de reden waarom ik schrijf

Ik had beloofd, maar niet gegeven.

Ben verloren, waar moet ik beginnen.

Tranen spreken, tranen schijven.

Hoe moet het verder, ik ben bang

Normaal zo groot, ineens zo breekbaar

In litteken, achtergelaten in mijn hart

Tranen van verdriet, gevoelens barsten

Straks ga weg, de mist in

Ik voel verdriet, mis de verlangen

Dit was het dan, Jij en ik

Alleen tranen en verdriet

Je mag me iets geven, het moet niet maar het mag.

Ik ben Hakim en weet niks

Gerelateerd